Meldingsplicht aan belastingdienst als ondernemer met belastingschulden activa verkoopt
Sinds 2018 geldt voor de ondernemer die zakelijke belastingschulden heeft en de activa (die ‘bodemzaken’ zijn) wil verkopen, de verplichting om die voorgenomen verkoop aan de belastingdienst te melden. Deze verplichting bestond al vanaf 2013 voor pandhouders en derde-eigenaren. Veel ondernemers denken daar niet aan en dat kan later tot vervelende verrassingen leiden. Soms kan je echter ook bewust voor kiezen om geen melding te doen. Wij leggen dat uit.
Voorrecht van de belastingdienst
In de wet is bepaald dat de belastingdienst een voorrecht heeft op alle goederen van de belastingschuldige ondernemer. De belastingdienst staat daarmee in rang boven de overige handelscrediteuren en in geval van faillissement krijgt hij met voorrang betaald als er voldoende geld is in de boedel. In aanvulling daarop is in de wet ook bepaald dat het voorrecht van de belastingdienst voor zakelijke belastingschulden, die op aangifte moeten worden voldaan (zoals loonheffing en omzetbelasting, maar niet vennootschapsbelasting) soms sterker is dan een stil pandrecht op bepaalde roerende zaken (het pandrecht waarbij de verpande zaak niet wordt overgedragen aan pandhouder). Dat betekent dat de belastingdienst soms zelfs een sterker recht heeft dan het pandrecht van de bank. Daarvoor is wel nodig dat het gaat om een stil pandrecht op ‘bodemzaken’ die zich op de ‘bodem’ van de belastingschuldige ondernemer bevinden.
Bodem en Bodemzaken
De ‘bodem’ van de belastingschuldige ondernemer is een ruimte die hij gebruikt en waartoe hij onafhankelijk van anderen toegang heeft. Vaak is dat de gebruikelijke bedrijfsruimte van de ondernemer. De ‘bodemzaken’ zijn roerende zaken die zich op de bodem van de belastingschuldige ondernemer bevinden en welke zijn bedoeld om duurzaam daarvan gebruik te maken. Zo zijn inventaris en machines bodemzaken, terwijl de voorraad dat niet is. Vaak kan je de volgende praktische maatstaf hanteren: als de zaak voor omzet bestemd is, dan is het geen bodemzaak.
Meldingsprocedure
Als je als ondernemer bedoelde zakelijke belastingschulden hebt en bijvoorbeeld de inventaris wilt verkopen in het kader van een activatransactie, dan heb je de wettelijke verplichting om die voorgenomen verkoop aan de belastingdienst te melden zodat hij de gelegenheid krijgt om van het voornoemde sterke bodemvoorrecht gebruik te maken. Voor de melding is een speciaal meldingsformulier digitaal beschikbaar op de website van de belastingdienst, welke alleen per post kan worden ingediend. Nadat een melding heeft plaatsgevonden, geldt er een wachttermijn van vier weken. In die periode mag de ondernemer de voorgenomen verkoop niet verrichten. De belastingdienst kan dan besluiten om binnen die vier weken op basis van de melding beslag op deze bodemzaken (‘bodembeslag’) te leggen. De belastingdienst kan ook binnen de genoemde vier weken laten weten geen actie te zullen ondernemen of hij laat de vierwekentermijn simpelweg ongebruikt verstrijken. In deze laatste gevallen gaat opnieuw een termijn van vier weken lopen waarin de ondernemer de voorgenomen verkoop alsnog mag verrichten.
Gevolgen van niet-nakomen meldingsplicht
Komt de ondernemer de meldingsplicht niet na, dan kan de belastingdienst aanspraak maken op de executiewaarde van de betreffende bodemzaken. Het is in dat kader verstandig om van tevoren de bodemzaken te laten taxeren, zodat over de waarde van die zaken geen discussie kan ontstaan. Is de executiewaarde van de bodemzaken lager dan € 10.000,--, dan geldt er in het geheel geen meldingsplicht voor van de voorgenomen verkoop.
De consequentie van het niet nakomen van de meldingsplicht is dus het betalen van de executiewaarde van de bodemzaken. Als de ondernemer daarentegen wel een melding doet, dan moet hij minimaal vier weken wachten voordat hij weet waar hij aan toe is. Mogelijk laat de belastingdienst weten dat hij geen actie zal ondernemen, waarna het de ondernemer vrij staat om de bodemzaken te verkopen. Als de belastingdienst echter overgaat tot het leggen van een bodembeslag, dan is de ondernemer nog verder van huis en levert dat nog meer vertraging op. Het is dus uiteindelijk een afweging die je als ondernemer moet maken. Is het cruciaal dat de verkoop op zeer korte termijn plaatsvindt, dan kan het verstandig zijn om het risico te nemen en de eventuele consequentie van het niet-nakomen (lees: betalen van de executiewaarde van de betreffende bodemzaken) te accepteren.
Wil je als ondernemer ook de activa van je onderneming verkopen? Laat je daarover adviseren. Neem gerust contact op met een van onze specialisten Hasan Kaya, Jelle Damstra of Ali Arslan.