Arbeidsovereenkomst, of toch niet?

Datum
20 april 2021
Tijd
09:00 - 18:00
Locatie
Op locatie
Direct aanmelden
Direct aanmelden
Event

De discussie rondom de vraag of iemand een werknemer is blijft een veelbesproken onderwerp, zeker nu de Belastingdienst sinds 1 januari 2025 strenger optreedt tegen schijnzelfstandigheid.

Op 13 januari 2025 is een uitspraak gepubliceerd over dit thema. De rechter moest beoordelen of de samenwerking tussen de partijen als een arbeidsovereenkomst kan worden aangemerkt. In deze blog bespreek ik deze uitspraak.

Wat was er aan de hand?

Houtproducten.nl B.V. is opgericht in april 2022. Verzoeker heeft vanaf de oprichting werkzaamheden verricht voor Houtproducten.nl, zonder dat hij daarvoor een vergoeding ontving. Nadat Houtproducten.nl de samenwerking heeft opgezegd stelde verzoeker dat er sprake was van een arbeidsovereenkomst, omdat er onder andere sprake was van gezag, hij bedrijfskleding met het logo van Houtproducten.nl droeg en hij beschikking had over een bedrijfsauto en toegang had tot het bedrijfsgebouw. Ook zegt verzoeker dat hem meermaals loon is toegezegd, dat vervolgens nooit is uitbetaald. Houtproducten.nl stelt daarentegen onder andere dat er géén sprake was van gezag en dat nooit loon is toegezegd.  

Het oordeel van de Rechtbank

Bij de kwalificatie van een overeenkomst wordt eerst gekeken naar de rechten en verplichtingen die partijen zijn overeengekomen en vervolgens naar de feitelijke uitoefening daarvan. In het Deliveroo-arrest heeft de Hoge Raad geoordeeld dat voor de beoordeling moet worden gekeken naar alle feiten en omstandigheden van het geval. Ook heeft de Hoge Raad in dat arrest gezichtspunten benoemd die daarbij betrokken kunnen worden. Factoren zoals het ontvangen van instructies, de mate van zelfstandigheid en de beloning spelen onder meer een rol spelen bij de kwalificatie van de overeenkomst.

De rechter concludeerde dat op basis van de huidige feiten niet voldoende is bewezen dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst. Omdat Houtproducten.nl de stellingen van verzoeker gemotiveerd heeft betwist heeft verzoeker de kans gekregen om aanvullend bewijs te leveren waaruit volgt dat sprake was van een bestaande arbeidsovereenkomst. Onder meer moet verzoeker bewijzen dat sprake was van een gezagsverhouding, hij bedrijfskleding droeg met het logo van houtproducten, de beschikking had over een bedrijfsauto, de sleutels van de bedrijfsgebouwen, en aan hem loon is toegezegd, alsmede de hoogte van het toegezegde loon. Een definitieve uitspraak is er dus nog niet. Als het verzoeker lukt om dit te bewijzen, is het aannemelijk dat de rechter de overeenkomst als arbeidsovereenkomst kwalificeert.

Hulp nodig bij het kwalificeren van arbeidsovereenkomsten, of anderszins vragen daarover? Neem gerust contact op met Ali Arslan, Lot Hirdes of Hazal Cengiz.

Gerelateerde artikelen

De wereld van het ondernemingsrecht staat nooit stil. Wij praten je vanuit onze expertise regelmatig bij over de laatste ontwikkelingen.

Heb je een vraag of wil je direct een adviesgesprek aanvragen?
Onze specialist
 
Hazal Cengiz
 
helpt je graag verder.