Uitzendovereenkomsten en bemiddelingsplatforms
Kortgeleden heeft de hoogste Nederlandse rechter, de Hoge Raad, een belangrijke uitspraak gedaan over de vraag of de relatie tussen een bemiddelingsplatform en de schoonmakers die via dit bemiddelingsplatform werkzaam waren bij huishoudens moet worden aangemerkt als een arbeidsovereenkomst of een uitzendovereenkomst. In deze blog gaan wij in op de belangrijkste punten.
Wat speelde er?
In deze zaak draait het om Helpling, een digitaal platform dat huishoudens koppelt aan schoonmakers. Huishoudens konden zelf een schoonmaker kiezen uit een lijst van beschikbare profielen. De schoonmakers bepaalden grotendeels hun eigen tarieven, binnen de grenzen die Helpling daarvoor stelde, en hadden de vrijheid om opdrachten te accepteren of te weigeren. Alle betalingen liepen verplicht via Helpling, dat hiervoor een vast percentage in rekening bracht. De vraag was: hoe moet de relatie tussen Helpling en de schoonmakers juridisch worden aangemerkt? Is er sprake van een arbeidsovereenkomst, een uitzendovereenkomst, of geen van beide? Deze kwestie stond centraal in de procedure.
De uitkomst van de zaak
Na een juridische procedure waarin verschillende rechters en deskundigen verschillend over deze vraag dachten, heeft de Hoge Raad nu de knoop doorgehakt: er is sprake van een uitzendovereenkomst tussen de schoonmaker en Helpling. De Hoge Raad achtte daartoe relevant:
- Helpling bracht partijen met elkaar in contact, stelde de voorwaarden vast en regelde de betalingen;
- Het werk werd uitgevoerd onder toezicht van het huishouden, niet van Helpling;
- De schoonmakers werkten structureel via het platform; het ging dus niet om incidentele bemiddeling.
De Hoge Raad heeft ook verduidelijkt dat het voor het bestaan van een uitzendovereenkomst niet vereist is dat de uitzendkracht werkt bij een bedrijf. Dit kan óók een particulier zijn, zoals in deze zaak een huishouden.
De volledige uitspraak lees je hier.
Waarom is deze uitkomst belangrijk?
Tot nu toe werd vaak gedacht dat een uitzendovereenkomst alleen mogelijk is als de werknemer wordt ingezet bij een bedrijf of organisatie. Iets zakelijks dus. Maar in dit geval gaat het om werk bij particuliere huishoudens. De Hoge Raad maakt nu duidelijk dat ook in die situatie sprake kan zijn van een uitzendovereenkomst. Voor bemiddelingsplatforms die vraag en aanbod bij elkaar brengen betekent de uitspraak van de Hoge Raad dat sprake zou kunnen zijn van een uitzendovereenkomst met de arbeidskrachten, waardoor de wettelijke regels van uitzendwerk van toepassing zijn. En dan is bijvoorbeeld de zogeheten ‘ABU-cao’ van toepassing, met alle arbeidsrechtelijke verplichtingen van dien.
Heb je vragen over dit onderwerp? Neem gerust contact op met een van onze arbeidsrechtspecialisten Ali Arslan, Lot Hirdes, Hazal Cengiz of Tessa Raateland.